Vertrokken, per galopperend paard

In een van de pakweg twintig praatprogramma’s die dagelijks op de Nederlandse buis zijn te zien, ging het over de toeslagenaffaire. Iemand liet zich bezorgd uit over het wantrouwen dat deze lang slepende kwestie bij onschuldige burgers had gezaaid, en hoe slecht dat is voor ons aller rechtsgevoel. De overheid, op wie wij allemaal horen te kunnen vertrouwen, had deze mensen niet alleen ten onrechte tot fraudeur gebombardeerd, maar ze daarnaast willens en wetens getraineerd, gepiepeld en verneukt.

Ze werden niet te woord gestaan, ze hoorden vaak niet eens wat het probleem was, ze kregen geen antwoord op brieven, hun dossier werd kwijtgemaakt, politici deden of hun neus bloedde, de ambtenaren logen tegen de pers en verdonkeremaanden papieren, en tot overmaat van ramp werden de dossiers die de gedupeerden uiteindelijk in handen kregen, half zwartgelakt.

Al die tijd zakten de gedupeerden dieper weg in de misère. Ze moesten onmogelijk grote sommen geld terugbetalen, en door de extra boetes die daar vanwege incasseringskosten bovenop kwamen (denk aan deurwaarders, betekeningen, dwangbevelen) werden de schulden bekant onoverkomelijk.

Onschuldig in diepe ellende gestort, zuiver door toedoen van de overheid. Zie dat maar eens goed te maken.

‘Goh,’ zei iemand, ‘wat erg toch. Zoiets moet niet nog eens gebeuren.’

Het gebeurt al. En het gebeurt al veel langer – in Groningen, waar als gevolg van de bodemdaling en aardbevingen die de gaswinning heeft veroorzaakt, inmiddels duizenden mensen met scheuren in hun woning, verzakte vloeren en kierende daken zitten. Er komt commissie na commissie, die alles nog eens overdoet en vervolgens de papierhandel doorschuift naar weer een nieuwe commissie – maar schot in de zaak komt er niet.

De schadeleverancier, de NAM, traineert; de overheid pakt niet door, en honderden mensen hebben er een dagtaak aan om dossiers te vreten en die in de vorm van rapporten weer af te scheiden. Maar de gedupeerden worden aan het lijntje gehouden. Een enkeling krijgt een paar duizend euro smartengeld, er wordt hier een huis gestut en daar een woning gerestaureerd of herbouwd, maar dat was het wel zo’n beetje.

Er is geen plan, er is geen stip aan de horizon, er is geen soelaas. Er zijn alleen maar meer commissies, meer rechtszaken, meer rapporten en onderwijl verder afbrokkelende huizen. De NAM blijft gas winnen en laat de bodem verder verzakken. En de Grunniger, hij bouwvalde voort.

Vertrouwen komt te voet en vertrekt te paard, zegt men wel. Hier is geloof ik eerder sprake van vertrouwen dat verjaagd werd – door een galopperend paard, dat niet opkeek van hier of daar een gevloerde burger, vertrappeld onder overheidshoeven.

Intussen wil Shell – dat voor de helft eigenaar is van de NAM; de andere helft is in handen van het Amerikaanse ExxonMobil – subsidie van de overheid voor zijn energietransitie. En hop, daar ging weer een kudde paarden.

[Beeld: fragment van foto aardbevingsschade Groningen, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed / Kris Roderburg]

Voor de bühne

‘Ik neem mijn verantwoordelijkheid,’ zei de man die dat niet deed. Hij hield zijn kompaan die alweer betrapt was op kraakhelder antisemitisme en verheerlijking van de nazi’s, elegant de hand boven het hoofd, en speelde daarna dat hij dan liever zelf een stapje terug deed.

‘Ik gruwel van fascisme,’ zei de man die vaker dan elke andere Nederlandse politicus extreemrechtse bijeenkomsten en dito denkers bezoekt. Voorts beriep hij zich op zijn familiegeschiedenis om te bewijzen dat hijzelf zuiver op de graat moest zijn. Dat volgens dezelfde redenering zijn nummer twee op de lijst tot dubbele NSB’er moet worden verklaard, ontging hem.

‘Ik moet niets hebben van trial by media,’ sprak de man die in het organiseren daarvan excelleert. Zo riep hij eerder zijn volgelingen op om ‘linkse leraren’ bij een door zijn partij opgericht meldpunt aan te geven, waarna op sommige mensen een ware heksenjacht ontstond.

‘Je moet zulke dingen eerst grondig onderzoeken,’ sprak de man die met zwier valse verhalen verspreidt via zijn eigen journaal en Twitter-feed, en die recent leden die de klok hadden geluid over geflirt met nazi’s binnen de jongerenafdeling van zijn partij liet beoordelen door precies de mensen over wie zij de klok hadden geluid. Vervolgens werden de klokkenluiders geroyeerd.

‘Ik treed terug,’ zei de man die dat niet deed. Hij blijft aan als Kamerlid en als partijvoorzitter, en stelde zich per ommegaande bovendien beschikbaar als lijstduwer, wetend dat hij dan gewoon met voorkeursstemmen in de Kamer wordt herkozen. In dezelfde Kamer waar hij overigens zelden debatten bijwoont, soms zelfs niet eens wanneer hij ze zelf heeft aangevraagd. Hij gebruikt de Kamer liever als toneel voor zijn oraties dan – o ironie – als een forum voor democratisch debat.

‘Dit is de schuld van de media,’ zei de man die al jarenlang in de media op extreemrechtse hondenfluitjes blaast, en die elke vraag over de herkomst van zijn ideeën, of die van zijn aanhang, beantwoordt met een deuntje over Minerva, uilen, de Renaissance of de verlichte geesten der boreale cultuur.

Ondertussen is hij er met zijn statement maar mooi in geslaagd het debat naar zijn hand te zetten – niemand had het nog over het fascisme, de homofobie, het racisme of ander extreemrechtse gedachtengoed van grote delen van zijn partij. Alle schijnwerpers waren weer op Baudet gericht, precies zoals hij het graag zag. De NOS laste zelfs een extra journaal in om de natie kond te doen van zijn ‘vertrek’.

Zou hij gaan, zou hij blijven? Had hij een snood plan? Was dit wellicht een coup in dandy-vermomming? Was er eigenlijk wel iemand voorhanden in de partij die hem kon opvolgen? Verbleekte niet iedereen in vergelijking tot hem?

Wat Baudet zei, is dit: de partij, dat ben ik. Zelfs als ik de lijst niet trek maar ’m duw, versla ik iedereen. Jullie zijn van mij. Jullie eten uit mijn hand. Jullie hangen aan mijn lippen. Allemaal.

[beeld: aangepast van Wikimedia, CC 3.0]

Reality check

‘Weinig zal moeilijker zijn te verteren voor een voormalige reality-tv-gastheer,’ schreef iemand afgelopen vrijdag op Twitter, ‘dan zijn dagenlange, overal live op tv uitgezonden weg naar de nederlaag.’

Het moeten harde dagen voor Trump zijn geweest. Toen de overwinning van Biden zich aftekende, en Trump – zonder  daarvoor enig bewijs aan te leveren – volhield dat er sprake was van grootschalige stemfraude, kapten drie nationale zenders zijn speech af en weigerden ze de rest uit te zenden, omdat die weinig meer behelsde dan een overmaat aan leugens.

Twitter verborg in de loop van de week steeds meer van zijn tweets, omdat die bol stonden van grove onwaarheden. Zaterdagmiddag kwam hij thuis van zijn zoveelste potje golf en trof een feestende massa bij ‘zijn’ Witte Huis aan: allemaal mensen die dolblij waren dat hij had verloren en straks het veld moest ruimen. Trump deed er verbolgen het zwijgen toe.

Pas toen Joe Biden en Kamala Harris hun acceptatiespeech hielden, durfde ik opgelucht te adem te halen. De nachtmerrie was op het nippertje getemd. Niet dat die nu over en uit is: er moet zoveel worden hersteld, zoveel worden heropgebouwd, tegenstellingen die moeten worden ontmanteld – maar de eindeloze neergang, de routineuze afbraak van instituties en wetenschap, het openlijke nepotisme, het vanzelfsprekende wantrouw zaaien, het eeuwige vingerwijzen, zijn tomeloze narcisme en gescheld was een halt toegeroepen. Om maar niet te spreken van zijn gedweep met geweld, zijn racisme, zijn seksisme en zijn pose als vermeende strong man.

De fascist moet straks het Witte Huis verlaten.

Met de Republikeinen heb ik weinig medelijden: die zijn grotendeels medeplichtig. Je mag hopen dat het fatsoenlijke smaldeel zich afscheidt en een nieuwe conservatieve partij opricht. Van deze erfenis kun je je  niet meer zonder kleerscheuren ontdoen: de rot zit inmiddels in de haarvaten.

Met de mensen die voor Trump hebben gestemd, heb ik weinig medelijden – die hebben zich te graag laten betoveren door valse retoriek, zich vol overgave op sleeptouw laten nemen door incels en Proud Boys, zich gelaafd aan verbaal en echt wapengekletter, en hebben ondertussen amper stilgestaan bij het leed dat hun held overal in het land aanrichtte. Liever teerden ze zelf op de angst die hun president onder zijn landgenoten zaaide.

Bovendien: in 2016 moesten we Trump-stemmers pogen te begrijpen omdat ze zich miskend voelden; nu moeten de Democraten toenaderingen tot hen zoeken omdat ze verloren hebben. Wanneer zet iemand ooit al die andere grote groepen mensen eens in het zonlicht, en beschermt de rechten van vrouwen, latino’s, zwarte mensen, ongelovigen, homoseksuelen, immigranten, transgenders, daklozen, onverzekerden, werklozen en minimumloners?

Tijdens de toespraken van Harris en Biden realiseerde ik me nog iets anders. Grammar was back. Coherente toespraken, zinnen met logica en een structuur. Mensen die zich voor anderen verstaanbaar willen maken.

Journalistiek versus voxpop

Beeld: PxfuelBij elke grote crisis die de laatste jaren op ons afkwam, wordt de wetenschap in twijfel getrokken. Dat gebeurde bij de opwarming van de aarde en de rol van fossiele brandstof daarin, en nu bij de coronapandemie. Het gaat niet eens over fake news, al speelt ook dat een rol. Het gaat vooral over mensen die hun argwaan jegens instituties inmiddels hebben omgezet in een breedspectrum wantrouwen.

Deels betreft het mensen die alles aangrijpen om twijfel te zaaien over zowat alle instituties: wetenschap, politiek en de rechtstaat zelf. Deels zijn het mensen die denken dat solide kennis vergaren een fluitje van een cent is, en dat een avondje Facebook-berichten lezen volstaat om beslagen ten ijs te komen.

Tegen mensen die zo opereren, lijkt geen kruid gewassen. Wie al meent te weten hoe de vork in de steel zit, zet zijn overtuiging kracht bij door zich hapsnap lezend vast te houden aan elk bericht dat hem in zijn mening sterkt, en alles wat dat tegenspreekt, af te doen als ‘hullie’ die ‘ons’ willen bedonderen. Ik ben het er niet mee eens, dan kan het niet kloppen.

Dat is de antithese van kennis vergaren. Dat laatste veronderstelt: je hypotheses testen en durven verwerpen, kritiek op je bevindingen serieus nemen, je aanvankelijke standpunt kunnen overstijgen, en streven naar beter begrip – oftewel: een open debat voeren, geschraagd op feiten en gedegen inzichten. Wat we nu zien: jezelf ingraven, jezelf afsluiten, je eigen ‘gevoel’ als uitgangspunt en maatstaf nemen, geen tegengeluid dulden, en contraire opinies verdacht maken. Dat het OMT zich soms als een belegerde instantie gedraagt en kritiek afweert, helpt niet.

De aandacht van de media voor ‘verzet’ en ‘afwijkende opinies’ maakt het er niet beter op. Niet dat je tegenstemmen moet negeren, in tegendeel, maar om er nu een dagelijkse – en vrij oppervlakkige – serie van te maken, zoals Nieuwsuur momenteel doet, is het andere uiterste. Kritiekloos profileren wie het in welk land het allemaal ‘niet eens’ zijn met overheidspogingen het virus in te dammen, zorgt eerder voor verdere ondermijning van beleidsmaatregelen dan voor een verbeterde aanpak. Wat dat betreft was de uitnodiging van IC-deskundige Diederik Gommerts aan #ikdoenietmeermee-voorvrouw Famke Louise om nu eens écht door te praten, aanzienlijk verstandiger: haar kritiek smolt bij nader inzien weg als sneeuw voor de zon.

Je hoeft de adviezen van het OMT niet braaf op te lepelen, noch elke maatregel voor zoete koek te slikken. Wat je wel kunt doen: vragen hoe beslissingen tot stand zijn gekomen, nagaan waarop die zijn gebaseerd, uitzoeken hoe ze zich tot elkaar verhouden, controleren hoe ze worden uitgevoerd, en wat daarvan de consequenties zijn. (En gezien de barre resultaten mag je je afvragen of de huidige strategie van pappen en nathouden zinnig is.)

Maar hou op met de voxpopjes. Ze voeden ressentiment, en zijn even zinnig als een astroloog vragen wat de beste remedie tegen kanker is.

[Beeld: Pxfuel]

Na slim kwam soft

logo Red TeamWeer een lockdown, ditmaal een softe. Ik ben blij toe: de besmettingen nemen hand over hand toe, zelfs terwijl de testcapaciteit in elkaar donderde. De afgelopen zeven dagen werden er gemiddeld 2651 positieve tests per dag gemeld, tegen 1799 een week eerder. Ook de ziekenhuisopnames stijgen ‘ineens’ hard (heus, die kon je zien aankomen). Het reproductiegetal zit al een tijdje boven de 1,3 – en alles boven de 1 is foute boel: het betekent exponentiële groei van het virus.

Maar de maatregelen die gisteren zijn aangekondigd, zijn niet voldoende. Het kabinet moet minder op de verantwoordelijkheid van burgers sturen, en die van zichzelf ter hand nemen. Ik heb wel wat suggesties.

Ga uit van het voorzorgsprinicipe, zoals Femke Halsema gisteren bepleitte, en voer een mondkapjesplicht in. Die helpen verdere verspreiding tegen te gaan, zeker wanneer iedereen ze draagt, op plekken waar afstand houden moeilijk is. Stel ze verplicht in scholen, winkels, overheidsgebouwen, theaters, bioscopen, en vooral in de zorg. Het is krankjorum dat in ziekenhuizen niet iedereen zo’n ding draagt.

Breng de labcapaciteit fors omhoog en breng de testen dichterbij. Laat ze bijvoorbeeld in huisartsenposten afnemen, en geef iedereen die daar behoefte aan heeft meteen het griepvaccin van het seizoen: ook nog een griepgolf erbij is het laatste wat we kunnen gebruiken.

Coronadashboard, besmettingen maart t/m september

Zet het bron- en contactonderzoek beter op: dat kan weer werken als we het reproductiegetal omlaag krijgen, en we zullen het hard nodig hebben totdat er een veilig vaccin is. Zorg dat iedereen die getraceerd is, zich snel kan laten testen: mensen die geïnfecteerd zijn maar (nog) geen symptomen hebben, kunnen het virus doorgeven.

Zorg dat iedereen die snottert, snel kan worden getest. Dat zal later verduveld handig zijn, als mensen na de infectie te maken krijgen met langdurige effecten ervan (wat nu long covid is gaan heten), zich moeten beroepen op extra zorg, revalidatie of uitkeringen. Een bewijs dat ze corona hebben gehad, zal soms bittere noodzaak zijn wil het UWV of hun arbeidsongeschiktheidsverzekering hun conditie accepteren.

Regel dat AOV-verzekeraars en hypotheekverstrekkers niet mogen vragen of je covid-19 hebt gehad en op grond van een doorgemaakte besmetting je individuele ‘risico’ niet hoger mogen inschalen.

Zorg dat iedereen die positief getest is, een week lang ziekteverlof krijgt, betaald door de overheid – dat maakt het voor mensen die niet thuis kunnen doorwerken eenvoudiger om in quarantaine te gaan, en legt de lasten niet eenzijdig bij de werkgevers. Vraag maatschappelijke organisaties om in te springen met dingen als boodschappen doen. Zet arbeidspools op voor bedrijven waar veel werknemers uitvallen.

Als dat allemaal geregeld is, en we zitten weer onder een infectiegraad van 1, dan zijn we robuuster, en zijn we weer in staat om voorzichtigjes de maatregelen te versoepelen. Het kabinet moet minder zeuren over ons gedrag, en zelf de regie nemen.

[Beeld: logo van het Red Team Covid-19 Nederland / @C19RedTeam]

De minister van corona doet zijn werk niet

Eind vorige week was het op nog slechts 14 van de 100 GGD-testlocaties mogelijk een afspraak te maken: de laboratoria die het afgenomen materiaal door de machines moeten halen, hadden nog nauwelijks capaciteit over. Gisteren stortte het systeem compleet in: Nieuwsuur constateerde dat er nergens nog een GGD-locatie viel te bekennen waar je terecht kon. Tegelijkertijd meldde het RIVM dat er diezelfde dag liefst 1300 testen positief bleken.

De besmettingen stijgen, terwijl de testcapaciteit voortdurend tekortschiet. En minister De Jonge blijft steevast beloven dat het ‘binnenkort’ heus allemaal goed komt. Zodat we nu in de akelige situatie komen dat iemand moet gaan bepalen wiens beroep ‘vitaal’ genoeg is om voorrang te mogen krijgen. Leraren en zorgpersoneel kunnen voortaan sneller terecht voor een test, beloofde minister De Jonge vrijdag, terwijl zijn partijgenoot Hubert Bruls, de voorzitter van het Veiligheidsberaad, daar juist fel tegen was: volgens Bruls hebben mogelijk andere groepen voorrang nodig, zoals politiemensen en vuilnismannen.

Zijn we nu werkelijk in de situatie gekomen dat we onderling moeten vechten wie zich een wattenstaafje in neus en strot mag laten duwen, terwijl ‘testen, testen en nog eens testen’ al maandenlang het credo is? En terwijl veelvuldig testen de enige manier is om de bewegingen van het virus in kaart te brengen, en verdere verspreiding ervan tegen te gaan?

Zeggen dat het allemaal wel meevalt, omdat de ziekenhuisopnames haast niet stijgen, is je kop in het zand steken. Je wilt ruimhartig testen opdat de covid-opnames beperkt blijven. Zeggen dat het nog niet zo erg is, omdat nu vooral jonge mensen besmet raken, is al even kortzichtig: die jongeren leven niet geïsoleerd van de rest van de bevolking, en er zijn te veel berichten dat ook onder mensen die amper ziek worden, een coronabesmetting voor flinke gezondheidsschade kan zorgen – denk aan achteruitgang in longcapaciteit of aantasting van de hartspier.

Intussen zijn er tal van commerciële labs die hun diensten aanbieden om de nood te lenigen. Sommigen leuren al maanden met hun testcapaciteit. De Jonge zegt keer op keer dat hij ‘in onderhandeling’ is met deze labs, maar er gebeurt te weinig – zelfs zo weinig dat je aanmelden voor een test maandag nergens kon.

Hoe kan het dat de minister van corona zulke elementaire zaken nog steeds niet op orde heeft, een half jaar nadat de coronacrisis zich in Nederland aandiende? Hoe komt het dat Nederland nog altijd klungelt en zwalkt met zijn testbeleid, terwijl het de landen om ons heen wel lukt? En intussen is het bron- en contactonderzoek al helemaal ingestort.

Van crisismanagement is geen sprake, evenmin als van heldere lijnen en duidelijk beleid. Hugo de Jonge denkt zich met volzinnen uit een volksgezondheidscrisis te kletsen. En die brekebeen moet straks de lijsttrekker van het CDA worden. Hadden ze Pieter Omtzigt maar gekozen.

[Beeld: CC0 | pxhere]

Van spinnenweb naar visgraat

De gemeente moet hier geld besparen om ’t daar te kunnen uitgeven, en kampend met zowel een coronacrisis als met instortende kademuren en brakke bruggen zijn prioriteiten nodig. Allemaal begrijpelijk. Vandaar dat ik liever constructief meedenk dan te boos te worden na het lezen van de plannen van de gemeente om te bezuinigen op het aanvullend openbaar vervoer (AOV) in de stad.

Voor de gezonde lezer: het AOV is bedoeld voor ouderen (75-plussers) en voor mensen met een fysieke beperking. Wie zoals ik een Canta heeft, valt daar niet onder: met die Canta kan ik goeddeels mijn eigen vervoer regelen. Deze bezuiniging gaat ook niet over rolstoeltaxi’s, daar is weer een iets andere regeling voor.

Wie onder de 75 is, heeft een speciaal pasje (plus bijbehorende keuring) nodig om er een beroep op te mogen doen. Het AOV komt neer op taxi-achtig vervoer voor de prijs van een ov-ritje. Wie hulp nodig heeft bij het in- en uitstappen, moet zelf iemand meenemen en ook voor hem of haar betalen. Ritjes zijn maximaal 25 km, maar de meeste mensen reizen kortere trajecten. Ze gaan naar de markt, naar familie in een andere wijk, en doen dat vaak maar eens per week.

Alleen al vanwege de vergrijzing zullen, zonder tegenmaatregelen, steeds meer mensen in aanmerking komen voor het AOV; de oplossing die de gemeente kiest, is om gaandeweg het aantal kilometers af te bouwen dat iemand zo jaarlijks mag reizen; ook gaat de eigen bijdrage omhoog.

Maar er zijn andere oplossingen te bedenken. Juist vanwege de vergrijzing – maar ook omdat de stad minder auto’s wil – is een inclusief ov noodzaak. Maar het openbaar vervoer wordt al jarenlang juist minder bereikbaar, en minder toegankelijk. Voor veel ouderen zijn de grotere afstanden tussen tram- en bushalte die met de ov-herziening van 2018, toen de stad omschakelde van een spinnenweb- naar een visgraatmodel, een grote hindernis. Ook moet je sindsdien meestal meer overstappen, wat een flinke last kan zijn. Zorg dat de haltes weer wat dichter bij elkaar komen.

Zorg ook dat de plateaus van de tramhaltes niet meer zo’n barrière zijn: de afgelopen jaren zijn die zeker een decimeter opgehoogd, wat veel gehannes veroorzaakt – ook voor mensen met kinder- of boodschappenwagentjes. Geen wonder dat je zelden mensen met een rollator of rolstoel in de tram aantreft: je komt er bekant niet in, al was het maar omdat je eerst de horde van de tramheuvel moet zien te nemen.

Met een scootmobiel kun je al helemaal niet in het openbaar vervoer – dat maakt dat iedereen die alleen mondjesmaat kan lopen, niets heeft aan het openbaar vervoer: wil je daarin, dan moet je je scoot thuislaten, maar zonder die scoot is de halte weer geheid te ver. Gevangen tussen Scylla en Charybdis.

Waarom zorgen we niet voor beter begaanbare, bereikbare en toegankelijke haltes? De gemeente fixeert zich op het rollend materieel zelf, de bus, tram en metro, maar de infrastructuur eromheen is zeker zo belangrijk. En die aanpassen is veel goedkoper. Vooral: het aanvullend ov beperk je pas nadat je het algemeen ov toegankelijk hebt gemaakt.

QAnon is de kroon op elk complot

Dat de laatste maanden nieuwe dwarsverbanden zijn ontstaan tussen allerlei tegenbewegingen, is eerder geconstateerd. Maar de verse mengelmoes is ronduit fascinerend – knappe jongen of meid die dat kon voorspellen. De mensen die het 5G-netwerk wantrouwen en denken dat ons afweersysteem door ‘5G-straling’ wordt vernacheld, sloten al snel een bondgenootschap met de mensen die meenden dat covid-19 een ‘hype’ en niets dan een ‘griepje’ was.

Vreemd, want die laatsten denken nu juist dat ons immuunsysteem corona best zonder hulp de baas kan, en dat onze afweer dus opperbest werkt. Vervolgens sloten de anti-vaxxers zich aan, die geloven dat mazelen onschuldig is, dat je je afweersysteem kapot maakt met vaccins en dat een kind door inentingen bovendien kans loopt autistisch te worden.

Toen hadden we al een aardige hutspot.

Intussen hebben zich ook de mensen gemeld die zowat alle overheids- en supranationale instanties wantrouwen, of dat nu het kabinet, het RIVM of de WHO is. In dat stadium was ik eigenlijk hoofdzakelijk verbaasd dat de boze boeren zich niet subiet aansloten: die hadden immers nog een mud of wat aardappels met het RIVM te schillen en meenden al langer dat die club cijfers vervalste om ‘het volk’ te misleiden.

Allerlei extreemrechts volk, zoals de mensen achter de Blauwe Tijger, liep ook al mee: die grijpen elke gelegenheid te baat om wantrouwen tegen instanties aan te wakkeren. Wil het kabinet geen lockdown? Schande! Versoepelt het kabinet de lockdown niet? Een nog grotere schande!

Half juni, toen Willem Engel furore maakte met zijn Viruswaanzin, dacht ik: het zal mij benieuwen wanneer Baudet zich solidair met hem verklaart, of andersom. En jawel, vorige maand verklaarde Baudet fier: ‘Engel is een van de mensen die wij achter de schermen steunen.’

De snelkookpan maakt overuren. Op de demonstratie tegen de coronamaatregelen in Berlijn van afgelopen weekend was QAnon plotseling alomtegenwoordig, een uit de VS overgewaaide complotgroepering, die meent dat er een kartel van machthebbers is – de huidige belichaming van de Illuminatie, zeg maar – die aan pedofilie en kinderhandel doen, en geloven dat Trump de wereld komt verlossen. QAnon is de kroon op elk complot.

Het akelige is dat er in veel een greintje waarheid zit. Ja, het kabinet zwalkt. Ja, het RIVM geeft soms onvoldoende openheid. Ja, er is te veel surveillance. Ja, Big Pharma slijt hun waren met te groot gemak en verdient er te veel aan. Maar elk standpunt wordt in extremis doorgetrokken, de argwaan wordt met de dag groter, en de woede neemt toe.

Zodat Willem Engel, die in februari nog gewoon een onbekende dansleraar was, nu cultleider is en openlijk filosofeert dat hem niks zou verbazen wanneer het volk hier te lande de nationale politici zou vermoorden. Indien het kartel zo doorgaat, komt het volk in opstand, daar kon hij ook niets aan doen.

Baudet lachte besmuikt. Hij steunt Willem immers achter de schermen.

Weg van het water

Wie extra kwetsbaar is, kan beter een stapje terugdoen. Zo geven we jongeren – en de economie – weer de ruimte. Emeritus hoogleraar ethiek Heleen Dupuis legde het in EenVandaag keurig uit, volledig in de geest van de VVD, waarvoor ze jarenlang senator was: ‘Ouderen moeten zelf hun verantwoordelijkheid nemen.’ In Nieuwsuur werd ze hartelijk bijgevallen door specialist ouderengeneeskunde annex OMT-lid Nienke Nieuwenhuizen: ‘Het is net als met zwemmen,’ zei Nieuwenhuizen. ‘Als je niet kan zwemmen, is het verstandig om een stapje van het water weg te doen.’

Het was Dupuis kennelijk ontgaan dat ouderen al sinds half maart supervoorzichtig zijn, en een deel van hen zelfs maandenlang verplicht verstoken is geweest van sociaal verkeer, doch dat zij vaak besmet zijn geraakt door jongere mensen in hun nabijheid. Nieuwenhuizen op haart beurt vergeet dat een mens – jong of oud, sterk of kwetsbaar – prima zonder zwemmen kan. Met sociaal verkeer ligt dat echt iets anders. Haar advies kwam neer op het warm aanbevelen van ‘zelfverkozen’ eenzaamheid.

Ouderen isoleren helpt geen bal. We hebben dat al geprobeerd; ouderen zijn bij bosjes overleden. Het erge is dat dit debat, waarvan ook het OMT zegt dat het dringend gevoerd moet worden, op de verkeerde leest is geschoeid.

Want het water is niet alleen gevaarlijk voor ouderen. Ons land telt honderdduizenden burgers die kwetsbaarder dan gemiddeld zijn: mensen met astma, multiple sclerose, copd, of een andere chronische ziekte. Mensen met overgewicht of diabetes lopen extra risico, evenals wie in een traject van chemo of bestraling zit. Alle familieleden en naasten van deze mensen moeten enorm oppassen om geen corona-infectie naar huis te brengen. Wie de kwetsbaren veroordeelt tot ‘zelfopgelegde’ opsluiting, dwingt zodoende ook iedereen die van een kwetsbare houdt tot een positie aan de zijlijn, ver van het water.

Jong tegenover oud zetten is ook om een andere reden een vals uitgangspunt: ouderen gaan weliswaar aanzienlijk vaker dood aan covid-19, maar dat wil niet zeggen dat een besmetting op jongere mensen amper effect heeft. Integendeel. Hoe meer we over de pandemie leren, hoe meer we zien dat ook bij mensen die een milde variant hebben meegemaakt – vaak de jongere mensen – na afloop serieuze schade kan zijn ontstaan: van hart- en hersenschade tot aan nierschade toe. We hebben nog geen idee bij welk percentage van de mensen die een infectie achter de rug hebben, sprake is van zulke schade. Net zoals we niet weten of het daarbij blijft: mogelijk openbaren zich op termijn nog nieuwe effecten van een doorgemaakte besmetting.

Overigens komt de economie niet bij toverslag op gang wanneer de regels versoepelen: dat gebeurt pas wanneer mensen vertrouwen dat de kust veilig is. De ziekte beheersen is de enige remedie; haar laten woekeren houdt de angst in stand. En een overheid die bevolkingsgroepen afschrijft, boezemt weinig vertrouwen in.

Vingeroefening

De langste hittegolf, de heetste dag, de droogste zomer, de grootste afkalving van de ijsbergen, de hevigste stortbuien – het hagelt records, dit jaar, maar geen van allen verdienen ze gejuich.

In Californië werd het afgelopen week 44 graden (*), en er woekerde een heuse firenado: een tornado van vuur. De ijskap van Groenland smelt sneller dan we in 2019 dachten, en toen vonden we al dat het tempo waarin hij afkalfde ‘moordend’ was. De uitstoot van methaan, een van de krachtigste broeigassen, is nooit zo hoog als nu geweest. De permafrost dooit zo snel dat er sink holes in de bodem ontstaan. Oogsten leveren minder op doordat bijenvolken sterven. De sprinkhanenplaag in de Hoorn van Afrika is van een niet eerder vertoonde omvang.

Klimaatexperts waarschuwden dat de opwarming van de aarde vooral voor extremer weer zou zorgen, dat de extremen elkaar steeds sneller zullen opvolgen, en dat de het ene exces het andere uithaalt. Ze krijgen gelijk. Klimaatexperts vrezen dat het point of no return steeds sneller nadert. Ik hoop dat ze geen gelijk hebben, maar daarop vertrouwen durf ik niet.

En wij maar ventilators kopen, daarmee het energieverbruik nog eens opjagend. Wij maar opblaaszwembadjes neerzetten en die dagelijks opnieuw volgooien, like there is no tomorrow. Eigen koelte eerst.

Kun je bij de coronacrisis nog hopen dat we binnenkort misschien terug kunnen naar het oude normaal, bij de klimaatcrisis lukt dat niet. Het moet permanent anders. Alles moet anders: minder consumeren, minder vliegen, minder verspillen, minder verpakken, minder vlees eten, minder melk drinken, minder monocultuur, minder raffineren, minder vervoeren, minder bemesten, minder intensivering, minder efficiëntie. en vooral: minder energie verstoken. En dat moet allemaal heel, heel rap. Meer lokaal, meer lopen, meer fietsen, meer bloemen, meer bijen, meer vlinders, en meer kleinschalig verbouwen en handelen,

Roepen dat je er ‘nu wel klaar mee bent’ is er met de klimaatcrisis niet bij. Bij corona kun je nog denken dat het jou niet aangaat: je bent jong, je denkt immuun te zijn, je bent het afstand houden moe. Kortzichtig, maar soit. (Wie heeft overigens ooit gedacht: ‘Ach, ik heb al tien jaar opgelet op de snelweg, nu is het mooi geweest. Weg met die verkeersregels!’, en dacht daar furore mee te kunnen maken?)

Met de klimaatcrisis werkt die kop-in-het-zand strategie zeker niet. En als ik kijk naar Nederland, dan boezemt die klimaatcrisis me extra zorgen in. We zijn een land van watjes: al moe na drie uur een mondmasker op, al gesloopt na een paar weken soepele quarantaine. En steeds maar denken dat ‘wij hier’ het beter doen of doorhebben dan de rest van de wereld, terwijl we – zowel op het vlak van het klimaat als dat van de coronabestrijding – het er uiteindelijk stukken slechter vanaf brengen dan veel andere ‘ontwikkelde’ landen.

We zakken voor deze vingeroefening, terwijl we ons rijk rekenen en onszelf veilig wanen. Maak je borst maar nat. En geef de KLM nog wat staatsteun. Want vliegen zullen we!

 

(*) In een woestijn in die staat, in Death Vallley, was het afgelopen zondag zelfs 54,5 graden: een van de hoogste temperaturen ooit gemeten.

[Beeld: Still uit een video van Chris Tangey van een firenado in Australië (2013).]