Strijd

Michael krijgt intussen door dat Max een blijvertje is, en dat zint hem niet buitengewoon. Ondanks de kou van de afgelopen maanden was Michael meestal buitenshuis, en als-ie al binnen was kwam-ie amper verder dan de keuken en bleef zelden langer dan twintig minuten. Michael komt meestal rond zes uur ‘s avonds aanzetten en blèrt dan zijn bestelling door; na het eten doet-ie een hazeslaapje op de keukenstoel en vertrekt weer. Soms komt-ie later op de avond terug, zingt een aria (de klassieke grap over Michaels mauwen is dat Pavarotti in hem is gevaren), komt heel even de kamer in op voorwaarde dat ik ‘m eerst uitgebreid lok en trekt zich daarna opnieuw terug op de keukenstoel, of vertrekt via het kattenluikje.

Als ik wou gaan slapen en Michael was er, nam ik hem soms in mijn armen mee naar bed. Dat vond-ie dan vijf minuten lang een heel geweldig plan: ik mocht hem uitgebreid op zijn buik kroelen terwijl ik in en hij op bed lag. Maar ineens – hup flats – sprong-ie op en vertrok weer, soms naar de keuken maar meestal helemaal weg. ‘Klik-klak’ deed het kattenluikje. Exit Michael.

Dat Michael meestal nooit verder komt dan de keuken, maakte dat ik dacht dat het sluiten van de tochtdeur tussen hal en keuken voor pais en vree zou kunnen zorgen met de nieuweling in huis. Michael had dan immers nog steeds de volle beschikking over alles wat-ie eerder wou en had: de keuken, vrije in- en uitgang tussen huis en tuin, plus vooral: eten. Max had dan de ruimtes waar Michael toch al nooit van harte kwam: woonkamer, slaapkamer en badkamer.

Met als voordeel dat Max op die manier niet naar buiten kan. Het kattenluikje geeft immers niet alleen toegang tot de tuin maar ook tot de garagedaktuin en via via tot de straat. Om zelfstandig op straat te mogen als kat moet je minstens puber zijn vind ik, en Max is nog maar een baby… Eerst aan mij en het huis wennen, dan een paar keer aan een lijntje in de tuin, en dan pas alleen de wijde wereld in, had ik zo gedacht.

Leuk plan. Maar vanuit Michaels perspectief betekende het dat-ie ineens een doodlopende keuken aantrof, dat zijn passe-partout hier ten huize ingetrokken leek, en dat er – zodra die plotseling gesloten tochtdeur dan toch open ging – jong respectloos onbenul op hem afstormde dat zich gedroeg alsof hij, Michael, leuk speelgoed was in plaats van de heer des huizes, oftewel iemand met rechten: een kat die ontzag inboezemt en die respect toekomt.

Ik ben ook niet gek. Nadat ik Michaels groeiende verbijstering had ontwaard, realiseerde ik me dat hij de rest van het huis weliswaar amper gebruikt maar dat de wetenschap dat hij die kan gebruiken voor hem cruciaal is. En dat wat ik als een handige indeling had bedacht, vanuit Michaels perspectief betekende dat die nieuweling ineens meer, zo niet alle rechten had terwijl hijzelf ingeperkt was tot de keuken. Never mind dat ik de tochtdeur vaak opendeed als Michael eenmaal binnen was en dan het kattenluikje op slot deed. Ook never mind dat Michael dan meestal meteen terug wilde naar de keuken, of linea recta naar buiten. Zijn vrije doorgang was kapot, dat was de crux. En dat was de schuld van die kleine opdonder. En daar had Michael gelijk in.

Michael diende derhalve gerustgesteld te worden. Zodat ik zondag bedacht dat áls Michael binnen was, ik die kleine tijdelijk in de slaapkamer zou opsluiten en de tochtdeur zou opendoen, zodat Michael in alle rust kon rondlopen en op de keukenstoel kon liggen zonder dat Max voor zijn neus zou paraderen of Michael anderszins zijn aanwezigheid kon inwrijven.

Goed plan. Michael vertrok echter alsnog na een paar minuten, waarna ik de tochtdeur maar weer sloot en Max uit de slaapkamer losliet. Toen ik een uur later in de keuken moest zijn en de tochtdeur opende, sloeg de walm me tegemoet: Michael had zijn territorium gemarkeerd. Mine. Fuck you! No paseran! Zodat ik zondagnacht alle keukenkastdeurtjes en de keukenvloer moest dweilen om de stank te verwijderen en mijn plan in duigen viel. Want zolang Michael blijft piesen om zijn heerschappij te bewijzen, is de rest van het huis off-limits voor hem: no way dat ik mijn hele huis tot onderdeel van een geurslagveld laat verworden.

Na de piespartij liet Michael zich bijna twee dagen niet zien. Vanmiddag meldde hij zich weer. Ik heb hem uitgebreid begroet in de keuken, ik heb hem veel geaaid en wat extra eten gegeven. Maar hij mocht niet verder dan de keuken en die kleine mocht er niet in. Ik moet geloof ik een paar weken grensrechter spelen.

Author: Spaink

beheerder / moderator

10 thoughts on “Strijd”

  1. ter huize? (TEN!)
    Laat! dat anthropomorphe scheidsrechter spelen (dat lokt, zoals je ziet, onder andere ‘vlaggen’ uit). Zolang Maxxx kitten is, kan hem zo goed als niets overkomen (= taboe en dus heilig). Geldt óók voor buiten. In de tussentijd leert-ie bij alst-ie in nieuwe, vreemde, situaties komt. KAN fout aflopen: niet of nooit fataal. Relaxxx

    ps “No Paseran!” is met één ‘s’

  2. Dank voor de correcties: fixed!

    Wat dat naar buiten gaan betreft: ik ben niet zozeer bang dat andere katten hem iets aandoen als wel dat-e de weg kwijt raakt of ergens in springt waar-ie niet meer uit kan. En er is binnen nog zo heel veel te leren… Het formele advies is om kittens pas buiten te laten als ze een maand of zes zijn.

  3. Wat een lieve foto

    Volgens mij is de enige veilige manier om kittens buiten te laten dat is met hun moeder, en moeders wacht ook een poos hoor, voor ze de kittens leert met katteluikjes om te gaan een heel spek takel, zal ik of niet en een die tegelijk naar binnen rent terwijl de ander net naar buiten ging, een katteluikje is al een groot speelwerktuig op zich, en dat was dan in drente met een groot grasvels en een grote tuin, een weg maar niet direkt bij het huis,
    doet er een gevaarlijk krijgt hij een tik van moedre is er een lastig wordt hij door moeder in de nekvel naar binnengesleept, ze heeft er een werk aan, vreselijk leuk om te zien en te fotograveren, zijn gewone foto,s nog.

    Apopteerd michael hem niet?, die zou het hem (later) ook kunnen leren

    groot gelijk karin dat je nog een behoorlijke poos wacht,
    wel rot dat Michael de boel onder piest.

    Heeft sjaakie gisteren gedaan, mijn bed,
    weet ook waarom, komt doordat de poestmiep er was,
    gelukkig tot net niet op het matras,
    hij mag de slaapkamer overdag niet meer in,
    wilde ook ,snachts niet meer doen,
    maar dan mis ik het koninginnetje,
    nou ja… en ze blert bij de deur.

  4. Op de middelste foto in http://www.spaink.net/2010/04/30/pondje-poes/ heeft Max een hoge rug terwijl hij naar Michael kijkt.

    Ook gaan wilde leeuwen (een kat is toch een soort mini-leeuw?) niet zo zachtzinnig om met het kroost van een andere kater. De leeuwinnen beschermen dan samen de kleintjes van elkaar heb ik ooit ergens gehoord of gelezen of gezien.

  5. Toen de moeder van een nestje geopereerd moest worden,
    nam een gecastreerde kater de hele familie over en verzorgde ze perfect, op voeden na, alhoewel ze het wel probeerder en hij dat gewoon toe liet hij leerde ze alles net als de moeder waste ze,
    maakte ze zindelijk, en kon dus toch echt de vader niet zijn

    volgens mij zijn katachtige huisdieren een stuk verder geevalueert,
    als mini leeuw. Anders zou er een stuk minder van me over zijn als nu het geval is.

    wat is pasaran

  6. @Thian! Ik moet wel zeggen dat al mijn ervaring met katten tweedehands is. Mijn ouders hadden een hond, maar beide buren hadden wel katten.

    Niet dat ik honden beter vind als katten. Ik snap honden alleen iets beter. Honden zijn roedel dieren. Katten zijn meer ieder voor zich geloof ik. En meer speels en nieuwsgierig (en minder waaks).

  7. Thian, ‘no pasaran’ betekent ‘Ze komen er niet door’. ‘t Is een strijdkreet die aangeeft dat je niet zult wijken voor de tegenstander. De leus komt uit de Spaanse burgeroorlog, en is een uitspraak van een van de leidsters van het verzet tegen generaal Franco en de fascisten.

  8. dank je voor de uitleg Karin, fijn

    En thomas, ik vindt honden ook leuk, en geitjes, en koeien en krokodilletjes, heb er eentje geaait toen ik klein was (zijn bek werd dicht gehouden) lachte zo lief naar me, vanalles alleen spinnen abosluut niet.

    Heb het gekke idee dat katten ook waakzaam zijn,
    ik heb problemen met bewustzijn, en daar liken ze van bewust te zijn, ze mauwen, en trekken de aandacht soms met nagelthjjes net zo lang topt ik er weer ben, onvoorstelbaar he, en ze zijn zo intelligent, weten me precies duidelijk te maken wat ze willen.

    Maar heb ook wat met honden, wel echte he en niet een halve cavia met knikkeroogjes. Hadden een duitsestaande waar ik helemaal gek op was, en later een friese stabij, die als ik er was mijn mouw vast hield en met me meeliep.

    liefs thian

  9. @Thian: Het voordeel van kleine hondjes, is dat ze niet iets van de eetkamertafel kunnen pakken. En ze zwiepen de kopjes niet enthousiast met hun staart van de salontafel.

    Ook eten ze minder; komt er ook minder weer uit! En kunnen ze net als een kat op schoot (zodat er nog iemand naast kan zitten).

    Verder trekken ze minder hard bij het uitlaten (hoewel je dat kan afleren bij een hond door een flinke ruk te geven, geen wurgketting natuurlijk! Dat is zielig). Nadeel is dat ze door hebben wie de lijn vasthoudt, en bij een onbekende zullen ze toch weer proberen te trekken (en grote honden kunnen erg sterk zijn!).

    Dat bewustzijnsverlies herken ik ook in mindere mate. Dan ben ik iets aan het zeggen en val ik opeens stil. Metaal in vorm blijven helpt daar goed tegen denk ik. Zoals op deze blog posten. Dat vergt toch enige concentratie en dat is goed naar mijn mening. Hiervoor zat ik veel in nieuwsgroepen, maar dat is toch niet meer wat het vroeger was.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Hou me per e-mail op de hoogte van nieuwe reacties op dit artikel.
      (U kunt zich hier abonneren zonder zelf te hoeven reageren.)

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.