Der Spiegel onthulde vorige week dat bedrijven die voor apothekers recepten verwerken – zodat zij die netjes bij zorgverzekeraars kunnen factureren – stiekem meer doen. De tussenbedrijven bewerken al die patiëntgegevens verder, en verkopen die aan farmaceutische bedrijven. De gebruiken ze dan weer om hun pillen en poeders te promoten bij artsen, om zo hun voorschrijfgedrag te beïnvloeden.
Grote techbedrijven azen al jaren op medische data. Via het Britse NHS kreeg DeepMind, een AI-project van Google, toegang tot 1,6 miljoen patiëntgegevens van drie Londense ziekenhuizen, inclusief de dossiers tot vijf jaar terug. DeepMind maakte een mooie app. Mitsen en maren werden in acht genomen, regels afgesproken, er werd vastgelegd wat Google wel en niet met de patiëntgegevens mocht doen. De app beviel, en er kwamen meer functies en toepassingen. Dat mondde uit in een systeem voor het beheren van patiëntengegevens: Streams, een krachtig elektronisch patiëntendossier.
Eind vorig jaar kondigde Google eenzijdig af dat het de dienst herstructureerde en bij een nieuwe divisie van Google zou onderbrengen: DeepMind Health. Die app, waarvan de gegevens nooit door Google zelf gebruikt zouden worden, is nu een Google product geworden. De NHS had geen keus meer: hun patiëntendata zitten in de app en zijn bij Google geparkeerd.
Er wordt al jaren voor gewaarschuwd: medische gegevens genieten een hoge graad van bescherming, maar zodra die gegevens het medisch domein verlaten, vervalt die extra waarborg. Dan wordt het handel – net als de rest van onze gegevens dat zijn.
Iets vergelijkbaars is gaande met biometrische gegevens: vingerafdrukken en dna. Voor politiediensten gelden strengen regels. Ze mogen zulk materiaal niet zomaar afnemen, er moet een gerede verdenking tegen iemand bestaan. Maar intussen delen mensen hun biometrische gegevens zelf links en rechts uit. Soms verplicht: sommige werkgevers eisen dat hun personeel zichzelf met een vingerafdruk identificeert eer ze het bedrijfspand binnen mogen. Soms vrijwillig: de duimafdruk waarmee je je telefoon tegenwoordig kunt ontsluiten. En soms nieuwsgierig: honderdduizenden mensen hebben hun wangslijm opgestuurd naar sites als Ancestry of 23andMe, om zo meer te weten te komen over hun genetische achtergrond.
Al die vormen van opslag van genetische data missen de hoge mate bescherming die ze in het medische of juridische domein genieten. En warempel: politiediensten proberen zich nu toegang te verschaffen tot zulke data. Vorige maand was er een baanbrekende uitspraak in een Amerikaanse zaak. De politie wilde alle miljoen dna-profielen van GEDmatch doorzoeken, en kreeg toestemming van de rechter. Nul restricties, weg extra bescherming: voor de draad ermee.
De volgende stap is evident. Ook onze biometrische gegevens zullen handel worden, en buiten ons medeweten worden verkocht – aan farmaceuten en verzekeraars, verrijkt en wel.
[Beeld: fragment Needpix]
De presentatie van Marleens Stikkers boek Het internet is stuk (maar we kunnen het repareren) leverde een levendig debat op. Waar zowat iedereen het over eens was: internet is inderdaad flink kaduuk. Privacy wordt er vermalen; onze eigenschappen en gedragingen worden er door derden uitgebaat; we krijgen er een identiteit toegeschreven, die vervolgens wordt vermarkt; de grote platforms proberen ons van #hype naar #ophef te jagen, om zich van continue clicks te verzekeren.
Mensen doen soms een envelop om hun e-mailtje of hun appje, zodat alleen zijzelf en de geadresseerden dat kunnen lezen. Omdat inbraken op andermens’ berichtenverkeer akelige consequenties kunnen hebben en mensen aan hun privacy hechten, bouwen applicatiebouwers zulke versleuteling vaker in. Whatsapp versleutelt automatisch alle berichten, net als Signal en Telegram; ook Facebook Messenger wil versleuteling tot standaard verheffen.
Afgelopen week maakte Google bekend een werkende quantumcomputer te hebben gebouwd. Anders dan ‘gewone’ computers werken die niet met bits (die alleen ‘uit’ of ‘aan’ kunnen staan, oftewel op 0 of 1), maar met qubits. Dat zijn bits die in tegelijkertijd 0 én 1 kunnen zijn (‘superpositie’).
Big data rukken op: het verzamelen van informatie, om daar vervolgens algoritmes op los te laten die tot beter onderbouwde beslissingen zouden komen dan wijzelf. Er gaat van alles mis bij al die mooie technologische dromen. Zo wordt de informatie in kwestie bepaald niet altijd netjes verzameld. Veel datasporen worden aan mensen onttrokken zonder dat wij daar weet van hebben, laat staan dat we grip hebben op wat er vervolgens mee gebeurt.
Door misdaad sneuvelt er veel – maar criminelen zijn niet de enigen die zich gedragen als een olifant in de porseleinkast, vertrappelend wat hun in de weg staat. Ook de wetshandhavers en beleidsmakers mogen graag een potje breken.
Het is oorlog, maar niemand die het ziet, waarin Huib Modderkolk aantoont hoe inlichtingen- en geheime diensten in een digitale strijd zijn verwikkeld en ondertussen zowat alles en iedereen hacken, is een subliem boek. Hij laat gedetailleerd zien hoe spionage en sabotage verweven zijn geraakt. De enige kanttekening die ik heb, is dat hij steevast de oorlogsmetafoor inzet in zijn poging om de hele zwik voor de leek begrijpelijk te maken.
Wordt je paspoort gejat, dan komt daar geheid ellende van. Maar je kunt een nieuw exemplaar aanvragen. Hopelijk word je al doende niet het slachtoffer van identiteitsfraude: met de nasleep daarvan kun je nog jaren zoet zijn. Denk aan mobieltjes die op jouw naam zijn aangeschaft, onterechte bekeuringen, valselijk afgesloten leningen.