Ruimte, adem, lucht!

Vorige week reed ik door straten waar ik zelden kom. In een weinig vertrouwde omgeving kijk je beter: het winterse licht viel helder op de oude gevels, de kale bomen staken scherp af tegen de blauwe lucht. Ik keek weer voor me, mijn ogen op de weg gericht. Ineens viel al dat blik aan weerszijden van de straat akelig op.

Zonder die geparkeerde auto’s was het een prachtig straatje. Nu stond het aan weerszijden volgepakt met blik, nergens een vrije plaats te bekennen – de straat was in beslag genomen door loos metaal dat daar nietsdoend ruimte stond op te vreten.

Zonde van dat straatje. En ook: zonde voor het sociale verkeer daar: je moest je tussen de auto’s doorwurmen om te kunnen oversteken. De stoepen waren smal, ze hadden ingeleverd voor de parkeervakken. Geen plaats om fietsen te parkeren, geen plek voor bloembakken, voor een bankje, laat staan om ’s zomers buiten te spelen of zomaar op de stoep te zitten.

In De Correspondent kwam ik een frase tegen over het stempel dat de auto op de stad drukt: die wordt steeds meer ingericht op grond van de noden van het gemotoriseerde verkeer, en minder voor die van bewoners. De auto’s snijden de stad aan stukken. Ook – of juist – wanneer ze niets doen en gewoon maar geparkeerd staan te zijn.

Ik moest denken aan de discussies over de herindeling van de boulevard langs de Oostelijke Eilanden. De grootste steen des aanstoots: om veiliger oversteekplaatsen te maken en fietsers en wandelaars meer ruimte te bieden, moesten er over de hele linie zes, of wellicht acht, parkeerplaatsen worden ingeleverd. Mijn hemel, dat kostte overredingskracht!

Ik moest denken aan mijn zorgen om de zelfrijdende auto. Toen de roltrap werd ingevoerd, gingen beleidsmakers ervan uit dat die het trapverkeer zouden versnellen: terwijl je zelf omhoog of omlaag klom, werd je immers ook automatisch vervoerd. Dat bleek een technologische misvatting: mensen gebruikten de roltrap om even uit te rusten, en hielden pas op de plaats zodra ze erop stonden.

We denken dat zelfrijdende auto’s het verkeer slimmer en effectiever maken, maar houden geen rekening met het vernuft of de behoeftes van individuele gebruikers. Sinds ik me dat realiseer, heb ik angstvisioenen van auto’s die door eigenaars die even naar een afspraak in de binnenstad moeten, op eindeloos rondjes rijden worden geprogrammeerd, omdat nergens een parkeerplaats is te vinden. Zeg nou zelf: voor vijftig cent elektriciteit bijtanken vanwege loze rondjes rijden, weegt ruimschoots op tegen vijf euro parkeergeld betalen voor een half uur stilstaan.

Steeds vaker denk ik: we hoeven helemaal geen slimmere auto’s te hebben – in elk geval niet ín de stad. Daar moeten we vooral minder auto’s hebben. Waarom steken we onze inventiviteit niet in het slim delen van auto’s, zodat er minder blik werkeloos langs onze straten staat geparkeerd?

Author: Spaink

beheerder / moderator

15 thoughts on “Ruimte, adem, lucht!”

  1. Helemaal mee eens.
    *Binnenkort is er in ph de Zwijger een bijeenkomst over: waarom zijn steden in gericht op auto’s i.p.v de bewoners.
    *Ik herinner me nog de tijd dat ik stoepknikkerend door Rotterdam naar de lagere school ging.
    *Ik heb in het Metropool aan de Weesperstraat gewerkt. 3/4 jaar liep ik daar rond met een opgezwollen gezicht en rode tranende ogen. Het was tm de OR uitgevochten: de ramen moesten daar dichtblijven. Ze werden echter standaard door iemand, onbekend wie, om 7.00 opengezet. Voor een andere collega hadden ze een glazen kooi gebouwd..

  2. Lieve Karin,
    Wanhoop niet want er is hoop. Jonge mensen kopen steeds minder een auto, maar huren er een als het nodig is, dus als dat stilstaande blik zal minder worden. Hou moed!

  3. Goed punt! Waarom iedereen een eigen (stilstaande) auto inderaad? Via SnappCar kan je gelukkig al eenvoudig je auto delen. Makkelijk, snel en goed verzekerd.

  4. ik sta vaak bij een stoplicht te kijken naar het voorbijstromende verkeer, in de meeste auto’s zit maar één persoon, de auto is niet het probleem, het is dat te veel mensen zo’n ding willen hebben, maar dat weten we natuurlijk al heel lang

  5. Die deling is er feitelijk al: het OV. Dat dat niet 24/24 beschikbaar is is zowel een probleem als verklaarbaar. Maar buiten de uren van het OV is een auto moeilijk vermijdbaar, zodat dat deel van de oplossing zou moeten worden.

    Die observatie uit De Correspondent klinkt wel aardig, maar gaat voorbij aan het feit dat wegen van oudsher ontstonden als verbinding tussen woongebieden. Wat weer meer mensen aantrok, etc. Wegen zijn daarom eerder een (mede)oorzaak van het bestaan van steden dan dat ze ze aan stukken snijden. Over noodzakelijke bevoorrading (op allerlei gebieden) hebben we het dan nog niet eens gehad.

    Je conclusie over zelfstandig rondrijdende auto’s lijkt me logisch. Zal moeilijk tegen te gaan zijn, maar zou je ook kunnen gebruiken als opstap om je autootje om een boodschap te sturen.

  6. Auto’s delen gaat hooguit iets worden voor mensen die een overgeorganiseerd leven leiden en dagen van tevoren precies weten waar ze heengaan. Verder lever je privacy in, en kun je niet je eigen zooi in een deelwagen laten liggen. De meeste autodeel projecten gaan bovendien uit van (tamelijk) nieuwe auto’s, en dat is duur dus denk ik dat mensen met weinig geld eerder een oude bak kopen dan een deelwagen nemen.

    Natuurlijk, als je nooit je dorp uitkomt zijn er andere opties: in Amsterdam schijnt de (elektrische) scooter nogal populair te zijn. Gelukkig is er in de rest van het land nog plaats, dus er gaat vanzelf een selectie komen: mensen die geld genoeg hebben kunnen zich een auto veroorloven in Amsterdam, de rest kiest tussen ergens anders wonen of geen auto hebben.

  7. En waarom zou je je zelfrijdende auto niet naar een centrale wijkparkeerplaats laten rijden? Een plek waar ie (veilig) uit het zicht is en wordt opgeladen? Tegen de tijd dat je ‘m weer nodig hebt laat je ‘m voorrijden.

  8. Ik moet onwillekeurig denken aan de tijd dat alles “turbo” moest heten Zoals nu er maar eko of groen of nu dus “slim” voor hoeft te staan, dan pas zijn we pas gerust en vol vertrouwen op de initiatiefnemers van zoiets. Uiteindelijk is het wel een béétje gek dat één mens minstens dertienhonderd kilo ijzer en plastic ,nodig heeft om van a naar b te komen.Het vervuilt hier in de stad, mijn ogen en neusgaten branden als ik door de stad fiets. Over onvrijwillig meeroken gesproken zeg.En waar ik niemand ooit over hoor, is dat een verbrandingsmotor héél veel zuurstof nodig heeft, 2000 cc om maar wat te noemen, reken maar uit.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Hou me per e-mail op de hoogte van nieuwe reacties op dit artikel.
      (U kunt zich hier abonneren zonder zelf te hoeven reageren.)

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.